Viktor en Quirine zijn in Zwolle bij Christel, Seferlino en hun kinderen. Hun huis ziet er op het eerste gezicht netjes uit, maar als je de kastdeuren opentrekt, vallen de spullen er letterlijk uit. Het gezin is voortdurend alles kwijt en er is geen overzicht. Christel is, naar eigen zeggen, lui en vindt het lastig om afscheid te nemen van haar rommel. Seferlino hecht minder aan spullen, maar helpt niet mee met opruimen. Ze snappen dat ze niet het goede voorbeeld geven aan hun kinderen en willen het graag beter en anders doen.